De Mexicaanse grens steken we over bij Chetumal. Deze middelgrote stad is de enige niet-toeristische stad aan de Riviera Maya zoals het schiereiland Yucatán hier wordt genoemd. De brede snelwegen en moderne gebouwen staan in schril contrast met Belize. We vinden een hotelletje vlakbij de markt waar we die avond van een typische Mexicaanse schotel met veel bonen en tortillas genieten. De volgende ochtend reizen we door naar Campeche, gelegen aan de westkant van het Yucatán peninsula.

In Campeche is het heet, verschrikkelijk heet! We worden er lui en sloom van en die eerste dag hangen we een beetje rond in en om het hostel. Dat is trouwens perfect gelegen aan het centrale plein met uitzicht op de in de avond verlichte kathedraal.

Om nog zo´n lamlendige dag te voorkomen, stappen we de volgende ochtend in een bus naar het openbare zwembad van Campeche. Op de dreunende beats van de raggaeton die uit de luidsprekers schalt, springen we oververhit het koele water in. we delen het bad met tientallen opgewonden rondspatterende Mexicaanse kinderen die geen problemen lijken te ondervinden van het feit dat ze niet kunnen zwemmen, want het bad is nergens dieper dan 1,50 meter. Ze dragen allemaal shirtjes en sommigen springen zelfs met broek en al het water in. De nieuwe mode of een gevalletje van gat in de ozonlaag?! We nemen het zekere maar voor het onzekere en planten onszelf lekker onder een parasolletje. ´s Middags kleurt de hemel langzaam gitzwart en niet gauw daarna barst een enorme regenbui los. Heerlijk verfrissend!

Campeche zelf bekijken we uiteindelijk pas op de ochtend van ons vertrek. Het heeft een bijzonder fraai historisch centrum omgeven door een oude, goedbewaarde stadsmuur en verschillende forten. De inmiddels weer stralendblauwe hemel is prachtig voor onze kiekjes, maar al tegen een uur of 10 loopt het kwik weer zo hoog op dat we blij zijn als we de ADO aircobus naar Mérida instappen (foto´s).